donderdag 27 september 2012

Campagne

Toen ik zwanger was, las ik een boek van een hedendaagse mama. Heel grappig en herkenbaar vond ik het boek, behalve de stukken over thuisbevallen. Ik ben van mijn eerste met een spoedkeizersnee bevallen en daardoor heb ik een medische indicatie om van de tweede ook in het ziekenhuis te bevallen. Dat vind ik heel jammer, maar er is niks aan te doen. De schrijfster kwam een paar keer terug op hoe fijn, maar ook hoe goed voor de baby thuisbevallen was en ik merkte bij mezelf een reactie: 'ja nou weet ik het wel' Want wat had ik aan die informatie? Ik had graag twee thuisbevallingen gehad met kaarsjes en yoga muziek, maar dat zat er gewoon niet in.

Ik begreep daardoor wel beter hoe het moet voelen als je je kind, door welke omstandigheid dan ook, kunstvoeding geeft, en om je heen vertellen vriendinnen, websites en facebook posts hoe goed het is om borstvoeding te geven, of nog erger, welke risico's er allemaal aan kunstvoeding kleven.

Vandaag was er weer zo'n discussie naar aanleiding van een een post op facebook. Interessante discussie waarin moeders die kunstvoeding geven, hun reacties uitlegden. Zij vinden het irritant want het geeft ze het gevoel dat wat zij doen fout is. Kunstvoeding is niet de meest gezonde optie, maar daar is niet makkelijk meer iets aan te veranderen, als een moeder eenmaal is overgestapt dus waarom steeds zout in de wonden wrijven? Ook in andere discussies wordt dat steeds duidelijk. Wat is toch het nut van borstvoeding promoten aan moeders die kunstvoeding geven?  Want dat zijn de mensen die het lezen. En de mensen die zich storen en reageren met 'nou weet ik het wel' De moeders die borstvoeding geven lezen het ook, maar dat is preken voor het koor. Die waren het al met je eens. Je bereikt er dus niet veel mee. Of in elk geval niet wat je wil: dat meer moeders meer en langer borstvoeding gaan geven. In plaats van steeds negatief te zijn over kunstvoeding kun je beter positief zijn over borstvoeding. Klopt, maar dan zijn we weer terug bij het oorspronkelijke punt: als ik op mijn facebook de borstvoeding bejubel, vinden mensen dat irritant. Ook borstvoedende moeders trouwens, zo irritant ben ik.

Gonneke van Veldhuizen plaatste laatst een blog over bedrijfsspionage. Daarin benoemde zij hoe de kunstvoedingsindustrie de geheimen van borstvoeding onderzoekt om hun alternatief nog beter te maken. In de discussie van vandaag werd hetzelfde gesuggereerd. Kijk hoe kunstvoedingsfabrikanten hun reclame maken en doe dat na.  Wees subtiel en manipuleer. Doe alsof borstvoeding de norm is.

Ik doe een poging:

Ik zie een moeder met een kind aan de borst. Mooi bedekt, maar toch duidelijk met daarnaast de tekst:
Je wilt als ouder het beste voor je kind. 
En als de borstvoeding moeilijk gaat dan is de hulp vaak eenvoudiger dan je dacht. Bel dit nummer of kijk op dezewebsite wat je kunt doen als het even niet lukt. Borstvoeding, heel gewoon eigenlijk

Of deze:
Een foto van een gelukkige uitgeruste moeder die in de camera kijkt met een tevreden baby op de arm: 
Ik maakte me steeds zorgen, ze huilde zo veel. 
De lactatiekundige had goeie tips. Ik heb mijn tevreden meisje weer terug. Borstvoeding, gewoon makkelijk. 

Tenslotte nog deze: een vriendelijke vrouw in wit uniform: Ik ben zeer vakbekwaam, maar als het om borstvoeding gaat, check ik voor de zekerheid een lactatiekundige. Borstvoeding, een vak apart. (hmmm ik weet niet zeker of dat de boodschap moet zijn) 

Of zelfde verpleegkundigeVroeger adviseerde ik wel eens om te stoppen met borstvoeding, als het moeilijk ging. Nu weet ik gelukkig dat dat niet hoeft. Borstvoeding, gewoon voor elk kind. 

Ik heb helaas geen geld voor een dergelijke campagne, dus ik klier nog wel even door met irritante posts op facebook. Voor nu.


                                       

* Boek: Celia Ledoux, Mama - Goddelijke kleintjes, menselijke moeders

donderdag 20 september 2012

Samen slapen

Bijna tien weken is ze al, onze dochter. Wat een zoet kind is ze vergeleken met haar broer. Zo rustig en makkelijk, wat een verschil.

Natuurlijk helpt het dat we besloten hebben om meer te kijken naar haar behoeftes en minder naar de verwachtingen van de maatschappij, zoals we in het begin wel bij Ralph deden. Hierdoor hoeft ze niet te huilen in haar eentje, niet in een kinderwagen en ook niet overdag in een bedje alleen te slapen. De grap is dat ze áls je haar in de kinderwagen legt, ze dat vaak wel best vindt en er ook in gaat slapen. In haar eigen bed heb ik nog niet geprobeerd overdag, maar als ik haar 's avonds wakker in bed leg, gaat ze gewoon slapen! Dat deed Ralph nooit, die werd tot hij 18 maanden was, in slaap gevoed of gewiegd en nog steeds vindt hij het moeilijk om te gaan slapen en zit er iemand naast hem tot hij slaapt.

Sinds ze geboren is, heeft Renza 1 keer overdag in haar 'eigen' cosleeper ledikant geslapen. Alle andere momenten slaapt ze in de draagdoek op mij of op haar papa. En anders in de buurt in het voedingskussen op de bank of in de kinderwagen. De eerste weken kon ze nog wel drie uur in de box pakken, maar dat lukt haar nu niet meer.

's nachts slaapt ze naast me. In de cosleeper of tussen ons in, afhankelijk langs welke borst ze het laatst gedronken heeft. Eén of twee keer per nacht ermt ze om een voeding. Niemand behalve ik wordt daar wakker van, want ze kermt en kreunt een beetje tot ik haar aanleg. Voordat ze ervoor moet gaan huilen, drinkt ze al en is ze bijna niet wakker geworden. We slapen vervolgens samen verder, meestal weet ik niet meer wanneer ze klaar was met drinken, omdat we dan allebei alweer sliepen.

Met Ralph deed ik dat ook wel, maar pas toen hij een paar maanden oud was. Hij was prematuur, dus ik durfde hem ook niet in bed te nemen, maar daar kreeg ik steeds meer vertrouwen in en uiteindelijk heeft hij het eerste jaar in de cosleeper geslapen en daarna tussen ons in, vanaf het moment dat hij 's nachts voor een voeding kwam. Ralph sliep totvoorkort nog regelmatig tussen ons in, maar is daar zelf mee gestopt een paar maanden voor Renza's geboorte. Ik neem aan dat Renza die keuze vanzelf ook zal maken wanneer ze daar aan toe is.







zaterdag 21 januari 2012

Opvoeden zonder gehoorzamen

Ik heb natuurlijk ook opvoed programma's gekeken zoals The Nanny en ik zag er altijd erg tegenop om zoiets als een naughty chair te moeten inzetten. Niet dat ik een alternatief wist, maar ik heb ook pas twee jaar een kind, en had er nog niet veel over nagedacht. Ik wist, doordat ik veel in de begeleiding van gehandicapte kinderen had gewerkt, dat ik consequent was. Mijn nee is nee, net zoals bij mijn oma. Maar ik ben er heel anders naar gaan kijken sinds ik zelf moeder ben.
Opvoeden is geweldig leuk moet ik zeggen zolang ik niet luister naar wat anderen vinden dat mijn zoon 'toch moet leren'.

Zodra ik benoem dat ik mijn kind niet wil straffen voor wat dan ook, op welke manier dan ook, gaan mensen met hun hakken in het zand. Want hij moet toch leren dat er grenzen zijn en je kan toch niet alles maar toestaan. Dan raakt ie misschien onaangepast in onze maatschappij en hij wordt vast stierlijk vervelend als je hem geen discipline leert. Ik heb een heerlijk kind dat open naar de wereld kijkt en iedereen vriendelijk benadert. Ja, hij denkt dat hij het middelpunt van de wereld is, maar dat komt niet alleen door onze liefdevolle aandacht voor hem, het komt omdat hij in die ontwikkelingsfase zit en nog niet kan bevatten dat mensen om hem heen geen figuranten zijn in zijn levensfilm.

Psychologische onderzoeken naar hechting en effecten van straffen spreken tegen dat een kind gebaat is bij straffen en discipline. Het zijn echt de maatschappelijke normen die nog stammen uit het victoriaanse tijdperk, waardoor mensen in onze maatschappij mekaar wijsmaken dat je kinderen moet leren gehoorzamen. Juist door er te zijn, te reageren op huilen, een kind vanaf de geboorte dicht bij je dragen en naast je laten slapen, door te geven wat een kind nodig heeft, zorg je ervoor dat een kind jou gaat vertrouwen en zich goed hecht. Een goed gehecht kind is open en vol vertrouwen naar de wereld.

Ok een voorbeeld. Wij zijn pas verhuisd en hebben op de muur van de kinderkamer een muurschildering gemaakt. Geweldig leuk om te doen en Roel kwam vaak even kijken en wou dan natuurlijk ook meehelpen. De andere muren in het huis zijn egaal van kleur en na een paar weken ontdekte ik dat er met kleurpotlood op de witte muur was getekend. Aaaaaah onze nieuwe witte muur in ons nieuwe nette huis!! Het valt bijna niet op en eigenlijk vind ik het ook wel geestig; wij wekenlang kleuren en tekenen op de muur en dan zou hij het niet mogen!! Leg dat maar eens uit. Vorige week had hij een rood krijtje naar de gang genomen en net een mooie streep op de muur gemaakt toen ik aan kwam lopen. Ik kan dan niet boos worden. Ik noem hem nog lieverd ook en verwijs naar het schoolbord dat daarvoor is. Nog een recenter voorbeeld: terwijl ik zit te schrijven, zit hij te kleuren aan tafel en heeft hij al drie keer gevraagd of ik ook kom kleuren. Maar ik kom niet, want ik schrijf een blog en dus wat gebeurt er: hij gaat op de tafel kleuren. Ik zeg hem dat ik dat niet leuk vind en dat hij papier heeft om op te kleuren, maar hij wil ook iets duidelijk maken: ik wil samen met jou kleuren! Dus ga ik toch kleuren nadat we samen wel de tafel hebben schoongemaakt. Moet hij nou leren alleen te spelen? Dat kan hij ook prima en alleen kleuren kan hij ook heel zoet, maar nu wou hij samen kleuren. Moet hij leren dat ik niet altijd maar voor hem klaar kan staan? Als het echt niet kan, dan kan het niet, maar het kon wel nu en maar goed ook. Lekker samen kleuren.

Puberteit is het gevolg van eerst jarenlang opleggen hoe iemand moet zijn en laten gehoorzamen en dan ineens verwachten dat iemand zijn eigen identiteit ontwikkelt en zich niet in de luren laat leggen door de grote boze buitenwereld. Een volwassene die altijd gehoorzaamt is helemaal geen leuke volwassene dus wordt er wel verwacht dat je leert om je staande te houden in de maatschappij. Als je vanaf het begin mag zijn wie je bent, dan hoef je straks ook niet 'los te breken'. Er zijn culturen waar puberteit niet voorkomt. Dat heeft dan ook weer te maken met dat in die culturen geen nadruk op het individu maar meer op de groep wordt gelegd, maar toch.

Wat ik gewoon hoop is dat mijn kind zich ontwikkelt zoals hij is. Dat hij niet iemand wordt die hij denkt dat hij moet zijn voor anderen. Natuurlijk zal ik hem dingen leren en wil ik ook dat hij respect heeft naar anderen en een beetje begrijpt hoe de maatschappij werkt met alle verwachtingen en normen en waarden. Hij hoeft niet in de pas te lopen van mij, dat doe ik ook niet. Hij hoeft ook niet opstandig te zijn naar de maatschappij, dat doe ik wel. Als hij maar zichzelf mag zijn.